Pakketpret

Voor als u snel aan de slag wilt!

Hoewel wij dus het sterkst zijn in op maat werken bieden wij ook enkele kant-en-klare pakketten aan. Hieronder ziet u een overzicht van enkele mogelijkheden. Bij ieder pakket hebben wij de doelstellingen beschreven. Zo hopen wij het nog makkelijker voor u te maken. Op deze pagina treft u enkele voorbeelden aan. Uiteraard kunnen wij niet alles beschrijven. Mocht u belangstelling hebben voor een pakket dan kunt u altijd vrijblijvend de lesbrief aanvragen.

01

Kritisch Creatief

Kan het echt niet beter?

Wie voor dit pakket kiest gaat voor  de doelstelling om deelnemers (beter) te leren kijken en luisteren naar elkaar. De deelnemers worden uitgedaagd om goed te kijken naar elkaar en op een constructieve manier feedback te geven op elkaar. Zij leren dat constructieve feedback geven leuk kan zijn maar dat het ook erg prettig kan zijn om het te ontvangen. Enkele oefeningen die aan bod komen:

- Zittend in een kring gaan de kinderen na wat ze allemaal gevoeld hebben vanaf het moment dat ze wakker werden. Elkaar aanvullend kunnen ze tot een rijkdom aan gevoelservaringen komen. Nadat de concrete lijf-ervaringen opgesomd zijn, vertellen ze elkaar ook nog met welk gevoel ze wakker werden, aan tafel zaten, naar school gingen en nu in de les zijn. Degenen die zich ongeveer hetzelfde voelden sluiten zich bij elkaar aan. Deze groepjes kunnen korte improvisaties spelen waarin duidelijk wordt waarom ze zich zo voelden.

- De kinderen mogen even rondrennen. Op een onverwacht moment laat de docent de groep stil staan of zitten en de ogen sluiten. De kinderen krijgen vragen als; voel eens hoe je rechtervoet staat, staat hij helemaal op de grond, waar steunt hij het meest? 

- Iedereen doet de ogen dicht en de leerkracht stelt vragen als; welke kleur heeft jouw broek, welke kleur trui heeft je buurman/vrouw aan, is je buurman groter of kleiner dan jij? Door deze oefening ervaren de kinderen het verschil tussen idee en realiteit.

- Kleine groepjes verzinnen een stripverhaal in vijf beelden. Steeds als een groepje bezig is een 'foto' te formeren hebben de andere kinderen de ogen dicht. Als het groepje klaar is roept er iemand klik en mag de klas kijken. 

02

Problemen oplossen door communicatie en samenwerking

Zij doet niet wat ik wil maar hij wil het niet zeggen!

Er moet een presentatie komen en de kinderen mogen zelf bedenken wat ze laten zien. Zij krijgen een onderwerp waar zij een kort toneelstukje over moeten maken. Het toneelstukje moet aan een aantal voorwaarden voldoen. Al snel merken zij dat het niet goed gaat en dat er meer met elkaar gecommuniceerd moet worden. Ook ontdekken zij dat iedere speler net zo belangrijk is. Als zij er echt niet uitkomen dan kunnen zij samen beslissen om tips te vragen aan de leer- en/of vakkracht. Enkele oefeningen die aan bod komen: 

- Ieder groepje kiest een woord van evenveel letters als er kinderen in het groepje zijn. Ieder kind kiest één letter van dat woord en beeldt dat in een handeling uit die met dezelfde letter begint. De kijkers raden wat er wordt uitgebeeld en noteren de beginletter.

- De leerkracht legt een voorwerp in de kring, bijvoorbeeld een bezem. Een kind komt op het idee om de bezem als dirigeerstok te gebruiken. Ze speelt er even mee en legt de stok weer in de kring. Een volgend kind maakt er een hengel van, of een speer, wandelstok, etc. Steeds speelt ieder kind er kort mee en legt daarna de stok weer terug in de kring.

- We gaan een stapje verder in het hierboven beschreven spel. Het attribuut wordt nu niet teruggelegd. Het eerste kind speelt er net zo lang mee totdat er iemand inspringt en met een nieuw idee het spel verder ontwikkelt. 

- Zelf toneelstukjes maken en daar steeds een extra opdracht aan toevoegen zodat het steeds beter wordt.  

03

Sociaal Cultureel

Diversiteit is ook cultureel erfgoed!

Tijdens deze lessen gaan we op reis. De reis kan kort duren maar ook wat langer zijn. We beginnen de reis in de eigen omgeving. Via de nationaliteiten in de groep trekken wij de wijk in om te ontdekken wat voor cultureel erfgoed er in de wijk aanwezig is. Tijdens de langere reizen staan wij ook langer stil bij de nationaliteiten die om ons heen zijn. 

- we beginnen met het bedenken van een fantasiefiguur met fantasie taal die hier is aangekomen. Wat denken jullie dat dit figuur ziet? Hoe zou dit figuur over alles denken? Wat zou je hem zeker willen laten zien en horen? We bereiden een rondleiding voor met alle hoogtepunten uit onze omgeving. De kinderen moeten na gaan denken wat de hoogtepunten zijn en waarom zij dat vinden. Niet iedereen is het hier mee eens en daar begint onze echte avontuurlijke tocht.